De Harp

Aan de harp komen, net als bij een piano, snaren te pas, maar geen hamertjes en toetsen. De harpist tokkelt de snaren aan met haar vinger, daarom heet de harp een tokkelinstrument. Net als de gitaar, de banjo en de mandoline, maar die zie je zelden in een symfonieorkest.

Een harp heeft 47 of 48 snaren. Sommige zijn gekleurd in rood of zwart, zodat de harpist gemakkelijk kan zien welke snaren zij hebben moet. De snaren zitten aan de onderkant vast in een klankkast, die het geluid versterkt.

Helemaal onderaan steken zeven pedalen uit. Daarmee kan de harpist alle snaren iets verkorten zodat ze hoger gaan klinken.